Dit komt uit een radio-interview, waarin Ernst vertelt over (Belle) Hélène:
ERNST OVER BELLE HELENE:
Belle Hélène , dat is een prachtig verhaal…Dat gaat over Hélène natuurlijk, en die ontmoette ik voor het eerst ergens in de Melkweg, volgens mij. Was zij meegekomen met Johnny en zij was zeven jaar. En we gingen in de bus terug naar huis, ik zat voorin, en Johnny zegt van: ‘Hier, neem haar maar even’ en plantte dat meisje van zeven jaar bij mij op mijn schoot in de bus. En de hele terugweg heeft zij liggen slapen in mijn armen. En op de een of andere manier was dat voor mij zo’n belangrijk gevoel…Dat was in de periode dat ik me toch wel een beetje behoorlijk slecht voelde altijd en ineens voelde ik me, eh, belangrijk voor iemand, dat iemand het vertrouwen in mij had om in mijn armen te slapen. En ik geloof dat we toen allebei een beetje verliefd op elkaar geworden zijn. Zij in ieder geval wel op mij want zij wou de hele tijd bij ons komen logeren, en ik ging met haar naar de film en allerlei dingen deden we samen.
Maar ja, toen was er weer een hele tijd dat ik haar niet zag. Haar ouders waren uit elkaar en haar moeder woonde in Amsterdam en haar vader woonde in Eindhoven, dus af en toe zag je d’er weer. Dan was ik haar weer jaren kwijt en op een gegeven moment had ik haar wel vijf jaar niet meer gezien of zo. En kwam ik Eindhoven ergens en toen ineens stond ze paf voor m’n neus. En ze was zeventien…Nou een schok, zeg, ineens zo’n vrouw voor je, in plaats van…
Maar goed, daar gaat het liedje dus over.
|